De wetgeving stelt dat het laadvermogen van de aanhangwagen waarmee het vervoer wordt uitgevoerd, moet opgenomen zijn in het AGR-GPS-bericht, niet de exacte hoeveelheid mest die wordt vervoerd. Het laadvermogen zal niet altijd overeenkomen met de effectief vervoerde hoeveelheid mest. Bij de evaluatie van het aantal vervoerde vrachten, zal de Mestbank hier rekening mee houden.
De overeenkomst burenregeling moet altijd opgemaakt worden voor de effectief gereden hoeveelheid. De hoeveelheid die vermeld staat op het registratiebewijs van de burenregeling, brengt de Mestbank in rekening als aanvoer of afvoer.
Voorbeeld:
U hebt een mestvat van 15 ton en een burenregeling (registratiebewijs) voor 40 ton.
U zal dus 3 transporten moeten doen van 15 ton = 45 ton.
De Mestbank ziet op uw registratiebewijs 40 ton en bij het transport 3 x 15 ton = 45 ton. De Mestbank houdt dus rekening met deze marge.
U hebt een mestvat van 25 ton en een burenregeling (registratiebewijs) voor 50 ton. Door de weersomstandigheden is het onmogelijk om met 25 ton door de modder te rijden en kan u het vat slechts de helft laden. U zal dus geen 2 maar 4 transporten doen. Vier transporten x 25 ton zou dus 100 ton zijn, maar de Mestbank kijkt eerst naar uw registratiebewijs en houdt hiermee rekening bij evaluatie.
Als het gaat om een burenregeling met verplichte voor- en namelding van vervoer, beperkt de Mestbank de hoeveelheid tot het deel waarvoor er nameldingen zijn.
